Sanering en ontgraving Fokkerhaven
Eén van de smerigste gebieden van Den Haag
Begin 2014 startten de eerste voorbereidende werkzaamheden voor de aanleg van een waterberging in de Fokkerhaven in Den Haag, waarvoor BK ingenieurs bodemonderzoek uitvoerde. De tijdsdruk was groot; de voorbereidingen vormen ten slotte het startschot voor de uitvoering. Op 22 april kijkt onze collega Ibrahim Ifkiran, samen met Arjen van Denzen en Matthijs Heijsteeg van Ingenieursbureau gemeente Den Haag en Remco Terpstra van Aannemingsbedrijf Kroeze Infra B.V. tevreden terug: zijn deadline is in elk geval gehaald.
“Vandaag moest de nieuwe Fokkerhaven, die we hier hebben aangelegd, waterbergend zijn. Dat is gelukt”, stelt Ibrahim Ifkiran vast met een bescheiden knikje naar het raam. Daar, buiten de bouwkeet, staat inderdaad volop water in wat oogt als een grote metalen bak. De opnieuw ontgraven Fokkerhaven werd tussen de jaren dertig en zeventig in fases gedempt. “Er heeft hier een verffabriek gestaan, een glasfabriek en weet ik wat voor verontreinigende activiteiten. Het is een van de smerigste gebieden van Den Haag”, zegt Arjen van Denzen. “Of eigenlijk moet ik zeggen: dit wás een van de smerigste gebieden. Wij hebben dit stuk tijdens de aanleg van de waterberging meteen ook gesaneerd.”
Plannen waterberging
“De waterbergingen Fokkerhaven en Poolsterhaven worden aangelegd vanwege het verbreden van de Neherkade, daar aan de overkant”, wijst Matthijs Heijsteeg. “Die krijgt een nieuwe inrichting om de doorstroming van het verkeer, de verkeersveiligheid en de luchtkwaliteit te verbeteren. De Neherkade loopt langs de Laakhaven, één van de belangrijkste waterlopen van Den Haag. Deze nieuwe waterberging is vooral ter compensatie van die verbreding, maar qua afmetingen zou hij ook geschikt zijn voor recreatie. De plannen zijn wat dat betreft nog niet afgerond.” Afgerond of niet, de waterberging moest er komen, en snel ook.
Aan de gang met Avegaar en Sonic drill
Ingenieursbureau gemeente Den Haag gaf BK ingenieurs opdracht om te onderzoeken hoe erg de vervuiling van het terrein was. Ifkiran: “Dat was wel eerder onderzocht, maar grofmazig. Een collega van me heeft de eerste boringen gedaan met een Avegaar.” “Zo’n wokkel”, licht Remco Terpstra grijnzend toe. “Met een Sonic drill hebben we grondmonsters genomen, om de opbouw van de grondlagen in beeld te brengen. Op sommige plekken bleek anderhalve meter puin te liggen. We vonden ook een cocktail aan vervuilende stoffen: impregneringsmiddelen, olie, oplosmiddel… Her en der lagen er ook nog olievaten. Uiteindelijk hebben we er 22 naar boven gehaald.”
Combinatie van kennis en kunde
Op basis van het onderzoeksrapport van BK stelde het ingenieursbureau een plan van aanpak op. Kroeze Infra B.V. won de openbare aanbesteding. “Niet elke aannemer mag dit werk doen”, onderstreept Terpstra. “De combinatie van een BRL 7000 certificering en expertise in waterwerken komt niet zo vaak voor. Dat is een deel van onze kracht.” Ingenieursbureau gemeente Den Haag vroeg BK ingenieurs om een milieukundige te leveren. Van Denzen: “Die hebben we zelf niet, maar vanuit het Besluit bodemkwaliteit is de aanwezigheid van een milieukundige bij een bodemsanering verplicht. En aangezien BK ook het eerste bodemonderzoek had gedaan, leek ons dat de aangewezen partij”. Terpstra: “Het Ingenieursbureau werkt vaker samen met BK ingenieurs, dus dat zegt ook wat.” “Precies”, beaamt Van Denzen. “Als die samenwerking niet lekker liep, hadden we hier nu niet met z’n vieren gezeten.”
Veiligheidsregime 3T/1F
De saneringswerkzaamheden moesten worden uitgevoerd onder een streng veiligheidsregime. “In vaktermen: een 3T regime”, zegt Ifkiran. “Dat wil zeggen: met maskers, handschoenen, bepakking en laarzen. Ook was er sprake van categorie 1F: een licht explosiegevaar. Vanwege al die chemicaliën.” Tijdens het ontgraven werd voortdurend scherp in de gaten gehouden en gedocumenteerd wat er allemaal bovengronds kwam. Ifkiran: “Eén keer kwam er te veel benzeen vrij. Dat moesten we afdekken met zand. Daarna hebben we vernevelaars ingezet: een soort grote nevelsproeiers die er voor zorgen dat er geen giftige dampen vrijkomen.”
Ifkiran en Terpstra stonden voortdurend in contact met het Ingenieursbureau. Van Denzen: “Wij hadden intussen een hele puzzel aan de afvoer van de verontreinigde grond. Een deel ervan kon niet gereinigd worden, door de mengeling van verschillende verontreinigde stoffen die er in zaten. Dit deel konden we uiteindelijk bij een stortlocatie in depot geven. De bewoners van de woonwagen hier op het terrein moesten tijdelijk weg vanwege gevaarlijke dampen. Met dat soort zaken moet je allemaal rekening houden.”
Neuzen in dezelfde richting
Hoewel het begin van de klus moeizaam verliep door een opeenstapeling van redenen (regen, slechte bemaling, verlopen lozingsvergunning, nog meer regen), lukte het uiteindelijk toch om de gestelde deadline te halen. Heijsteeg: “Alle neuzen stonden één kant op. Dat was heel plezierig werken. We bespraken steeds gezamenlijk een oplossing voor problemen die zich aandienden.”
Ifkirans taak zit er nu op. “Het kantoor maakt het eindrapport op basis van de verslagen, gegevens en monsters die ik heb verzameld.” Het constructieve werk aan de Fokkerhaven moet eind juli klaar zijn. Een volgende stap in het werk voor de nieuwe inrichting van de Neherkade is de aanleg van de Poolsterhaven: een vergelijkbaar karwei, met vergelijkbaar vieze grond. Helaas voor Kroeze is de grondeigenaar daar ook aannemer, maar BK wordt in elk geval uitgenodigd voor de aanbesteding van de milieukundige begeleiding van het saneringswerk, verklapt Van Denzen. “O, leuk”, reageert Ifkiran. “Hopelijk tot gauw dan maar.”